Witloofrolletjes met prosciutto en salie

Iedereen kent de beroemde ovenschotel ‘witloof met hesp’ wel. Een gerecht dat bij elk Vlaams gezin meermaals per jaar op tafel komt. Een echt hartverwarmend winters gerecht. Voor veel kindjes is witloof niet de meest favoriete groente en ik ken ook menig volwassenen bij wie het nou niet meteen in de top drie van lekkerste groenten staat, maar wij vinden het thuis wel helemaal geweldig. Mijn mama maakt er absoluut de lekkerste soep van, maar ook gekarameliseerd, gestoofd, rauw in de salade of in een ovenschotel vind ik het lekker.

Witloof met hesp in de oven is een gerecht dat ik zeker kan smaken, maar het is me iets te zwaar. Nogal een bombastische maaltijd. Ik heb het liever wat lichter, dus ging ik aan de slag om er een iets luchtigere maaltijd van te maken. Bij deze het resultaat…

Benodigdheden, voor 2 personen:

4 witloofstronken

scheutje melk (naar keuze)

1 groentebouillonblokje

6 vellen prosciutto

witte wijn

verse salie

2 tomaten

200 ml room

parmezaan

paneermeel

peper, zout

Bereiding:

Was de witloofstronken en kook ze gaar in water waar je 1/2 van het bouillonblokje bij doet en een flinke scheut melk. De melk heeft als nut om de witloof iets minder bitter en scherp van smaak te maken. Afhankelijk van de dikte van de stronk, duurt het ongeveer 10-15 minuten tot de stronken gaar zijn. Giet het water weg en laat de stronken uitlekken op keukenpapier.

Neem een ovenschotel en de prosciutto. Rol elke witloofstronk in een vel prosciutto. Snijd erna nog het kontje van de witloofstronk af en leg de rolletjes in de ovenschotel. Als alles goed is, heb je nog 2 vellen prosciutto over.  

Vervolgens maken we de saus. Zet een grote pan op het vuur en verhit er een scheutje olijfolie in. Snijd ondertussen de tomaten in kleine blokjes. Stoof vier salieblaadjes die je fijn gesneden hebt aan in de pan. Scheur de rest van de prosciutto in slierten en voeg deze meteen ook toe aan de pan. Voeg nu de tomaten toe en laat even meebakken. Kruid flink met peper en zout. Giet dan een flinke scheut (een bodempje) witte wijn in de pan en laat dit uitkoken. Als de alcohol uitgekookt is, voeg je de room en de andere helft van het bouillonblokje toe. Neem nog ongeveer 3 salieblaadjes die je grof snijdt en voeg deze toe aan de saus. Laat op een laag vuurtje nog een vijftal minuten pruttelen.

Giet de saus vervolgens over de witloofrolletjes heen. Rasp wat parmezaan, hoeveelheid naar keuze. Meng wat paneermeel onder de kaas en strooi dit royaal over de ovenschotel. Zet het geheel nog een goede tien minuten in de oven. Zet de laatste vijf minuten de grill-stand aan, zodat je een mooi goudbruin korstje krijgt.

Serveer met puree of brood.

Smakelijk!